
Foto: Freepix
Meer dan 50% van de grote organisaties concurreren in 2026 als samenwerkend digitaal ecosysteem, in plaats van als losse bedrijven. Dat is een voorspelling die Gartner al in 2022 deed. Maar om daar de vruchten van te plukken, moeten bedrijven wel klaar zijn om in een digitaal ecosysteem samen te werken. Modulariteit en data uitwisselen zijn daarin sleutelwoorden.
Tekst: Marvin Kocx en Eveline Meijer
Binnen een digitaal ecosysteem werken verschillende entiteiten samen binnen een digitale omgeving die zich richt op een lange termijndoelstelling, bijvoorbeeld om antwoord te geven op de energietransitie of het vernieuwen van klantprocessen. Daarbij is het natuurlijk handig als er ook data uitgewisseld kan worden die relevant is aan die doelstelling. Goede beslissingen worden immers gemaakt op basis van álle beschikbare informatie en niet alleen op die van één partij.
Maar iedere entiteit heeft logischerwijs zo zijn eigen werkwijzen en eigen systemen. De één gebruikt AFAS voor zijn ERP, de ander SAP en weer een ander Exact – om maar wat te noemen. Daardoor kan het lastig zijn om benodigde data goed onderling uit te wisselen. Vaak moet er dus een zeker niveau van volwassenheid en onderlinge integratie behaald worden, voor er van een echt digitaal ecosysteem gesproken kan worden.
Marvin Kocx, thoughtleader Corporate IT & Platforms bij het DEI, heeft in een minorclass Platform Ecosystemen bij de werkgroep DESF 2 diverse thema’s en oplossingen over deze uitdagingen besproken, aan de hand van de drie horizonnen waar het DEI mee werkt. Twee thema’s die het fundament vormen van platformecosystemen, zijn modulariteit en data-uitwisseling.
Hoe ver is het digitale ecosysteem?
Als resultaat van de eerste werkgroep van DESF werd een visualisatie gemaakt van de voortgang van een digitaal ecosysteem aan de hand van een aangepast model van McKinsey. Daarin wordt gewerkt met drie horizonnen, die ieder een eigen karakteristiek hebben. De diversiteit van deze karakteristieken bemoeilijkt een effectieve besturing. Het DEI maakt het mogelijk om samen met organisaties kennis te delen over thema’s die in de horizonnen spelen en waar mogelijk tot een gezamenlijke dienstontwikkeling te komen. We beschrijven deze context als volgt:

Beeld 1: digitale ecosystemen horizonnen met karakteristieken
- In de eerste horizon draait het met name om optimalisatie: hoe kun je de IT-omgeving standaardiseren en automatiseren? Hoe kun je kosten reduceren? En hoe creëer je waarde voor de volgende horizon? De oplossing uit zich vaak in een IT-ecosysteem.
- In de tweede horizon gaat het bedrijf transformeren en wordt gewerkt aan een integrale klantbeleving. Nieuwe technologieën worden geïntegreerd, er komen nieuwe manieren van werken – zoals agile en design thinking – en er ontstaan software-ecosystemen.
- In de derde en laatste horizon zie je dan dat er gepionierd wordt. Er worden nieuwe businessmodellen ontwikkeld, nieuwe markten worden betreden en er ontstaat een open en modulaire manier van samenwerken. We spreken hier ook wel van een digital business ecosysteem.
Meer waarde door data uitwisseling
In platformecosystemen is het delen van data essentieel voor innovatie en samenwerking. Bedrijven en organisaties kunnen hierdoor efficiënter werken, betere gebruikerservaringen bieden en nieuwe diensten ontwikkelen. Dit kan bijvoorbeeld route- en prijs informatie zijn die mobiliteit aanbieders beschikbaar stellen die samenkomen in een website of app. Voorbeelden zijn 9292OV, Tranzer, Gaiyo en OVpay.
API’s kunnen hier een oplossing in bieden. Een API – of application programming interface – is een mechanisme dat twee softwarecomponenten met elkaar laat praten aan de hand van een set definities en protocollen. In plaats van dat software diepgaand met elkaar geïntegreerd moet worden, kan zo een gemakkelijke verbinding opgezet worden om data uit te wisselen.
Als er in een ecosysteem zelfs met concurrenten wordt samengewerk, noemen we dat ‘coopetition’. Het delen van data (vaak persoons- en bedrijfsgevoelig) kan in deze context een complex vraagstuk zijn. Vertrouwen is de basis van samenwerking en deze kan diverse gedaanten aannemen. Bijvoorbeeld in het hebben van een gezamenlijk doel (waarom delen we data) en dat de gezamenlijke oplossing meer waarde levert, dan dat van een individuele partij. Hierbij dient men zich ervan bewust te zijn dat kannibalisatie van de bestaande business kan optreden en dat het businessmodel zal moeten worden herijkt. Veel ecosysteeminitiatieven sneuvelen op deze transformatie van het businessmodel. Ook dienen er heldere afspraken gemaakt moeten worden over eigenaarschap, toestemming en ethisch gebruik van data, zodat zowel bedrijven als gebruikers profiteren zonder risico’s te lopen. Vaak zien we dat afspraken worden vastgelegd in een ecosysteem afsprakenkader, dat data wordt geanonimiseerd en dat de toegang tot data strak wordt beheerd.
Modulariteit maakt het voor digitale ecosystemen gemakkelijker om input, bezit en innovaties met elkaar delen.
Modulariteit
Als de data voor meerdere doeleinden en/of door meerdere afnemers gebruikt kunnen worden, is het van belang om het modulair (deelbaar) te maken. In zo’n geval worden de data gepresenteerd in portalen, zoals in de developer-portalen van Booking.com, TomTom en Stripe. Door data van deze partijen af te nemen, kan er bijvoorbeeld een app ontwikkeld worden waar gebruikers via Booking een hotel in Limburg kunnen boeken, onderweg naar Limburg real-time verkeersinformatie van TomTom kunnen krijgen en in Limburg lokale diensten afrekenen met Stripe.
Modulariteit maakt het voor digitale ecosystemen gemakkelijker om input, bezit en innovaties met elkaar delen. Dit levert niet alleen een besparing in kosten en ontwikkeltijd op, maar creëert ook nieuwe mogelijkheden. Zo zien we in toenemende mate dat organisaties als Apple, Booking en Uber hun aanbod aan het verbreden zijn met modules van partners. Dit is de ontwikkeling van ‘Superapps’, die we al langer in Azië zien plaatsvinden.
Chineze techreuzen als WeChat en Alipay ontwikkelen hun apps als enorme business ecosystemen. Consumenten vinden er zoveel relevante functionaliteiten van partners, dat ze de app nauwelijks meer hoeven te verlaten. Door rekening te houden met de ‘life moments’ van de doelgroep ontstaat er meer relevantie dan een traditionele app die zich op 1 functionaliteit richt. Deze life moments zijn bijvoorbeeld taxidiensten, bezorgdiensten voor boodschappen, financiële dienstverlening en entertainmentdiensten. Elluminatiic gaf eerder al zes voorbeelden van Superapps.
Naar verwachting gaat hier een volgende golf van disruptie plaatsvinden. De aanbieder krijgt immers meer grip op het leven van de consument, zonder daar zelf het wiel voor uit te hoeven vinden. Dus meer relevantie, snellere oplevering en tegen lagere kosten door slim samen te werken. Doe je mee of laat je het je overkomen?
Ben je geïnteresseerd in meer informatie over platformecosystemen en hoe jouw organisatie snel waarde kan ontwikkelen met data uitwisselen en modulariteit? Neem dan contact op met Marvin Kocx: marvin@digitalecosystems.institute.