
Foto: Thijs Rooimans
Het Digital Ecosystems Institute (DEI) bestaat inmiddels vijf jaar. In die vijf jaar is hard gewerkt aan diverse programma’s, waaronder aan Digital Ecosystem Services Framework (DESF) en de ITeX Monitor. Op 16 april 2025 werden tijdens de DEI Summit ‘Ecosystemen ontrafeld: tevredenheid en praktijkinzichten’ de resultaten van de ITeX Monitor 24/25 en DESF 2 gepresenteerd.
Tekst: Eveline Meijer
Direct daarna werd tijd besteed aan het verbeteren en doorontwikkelen van het onderzoek. Zo werd dit jaar voor het eerst niet alleen de tevredenheid van uitbesteders over serviceproviders gemeten, maar ook hoe tevreden serviceproviders over uitbesteders zijn. “Dat was best een spannende stap. Hoe laat je serviceproviders hun klanten beoordelen op een manier die veilig aanvoelt?”, zegt Iris Mathijssen, vanuit DEI lead ITeX, daarover.
De tweede helft van 2024 werd vervolgens gebruikt om daadwerkelijk te gaan meten. “We hebben via diverse routes input gekregen”, zegt Mathijssen. “Respondenten van deelnemende serviceproviders, maar ook via ons eigen netwerk en sociale media, en via het panel van Motivaction.” In totaal zijn nu 193 serviceproviders beoordeeld door 121 respondenten en 54 uitbesteders beoordeeld door 45 respondenten.
De resultaten zijn vervolgens onderverdeeld in verschillende variabelen, zoals competenties en customer focus. En daar zijn een aantal opvallende inzichten uitgekomen. “Op veel vlakken zitten uitbesteders en serviceproviders dicht bij elkaar, wat betekent dat ze hetzelfde denken over de relatie”, stelt Mathijssen. Maar op een aantal punten blijken de partijen minder eensgezind. Mathijssen haalt bijvoorbeeld de variabele communicatie aan: “Serviceproviders beoordelen die beter dan uitbesteders.”
De uitreiking van het eerste ITeX Jaarboek. Foto: Thijs Rooimans
DESF 2: Bouwblokken voor digitale ecosystemen
Een ander groot project binnen het DEI is de werkgroep DESF, dat net zijn tweede jaar heeft afgerond. Binnen DESF wordt gewerkt aan bouwblokken voor digitale ecosystemen, waarmee best practices worden opgesteld, we eenvoudiger digitale ecosystemen kunnen faciliteren, zelf ecosysteemservices kunnen ontwikkelen en onderdeel worden van een ongoing community of practice.
Zo richtte één subgroep zich op de vraag ‘Waar begin ik?’, vertelt Arno Gerrits van UWV tijdens de Summit. Deze groep ontwikkelde nieuwe bouwblokken voor partnerselectie- en beoordeling in het ecosysteem. Daarnaast ontwikkelde de groep regels voor succesvolle samenwerking, waaronder een manifesto (gemeenschappelijke visie), code of conduct (hoe gedragen we ons tegenover elkaar) en operational agreements (hoe voeren we de samenwerking uit).
Tim van Dantzig van de Sociale Verzekeringsbank vertelt hoe zijn DESF-subgroep het handboek toegankelijker heeft gemaakt met visuele presentaties. Ze ontwikkelden praatplaten over het waarom van ecosystemen, die binnenkort op de site te vinden zullen zijn. Ook werkten ze aan een visualisatie van de reis die een organisatie maakt langs de verschillende horizonnen in haar digitale transformatie.
Yves Derks van SAP presenteert tot slot het concept van een digitaal platformburger-overheidszorg, een platform dat een laag over de overheid heen legt zonder de bestaande processen van de uitvoerder te raken. Voor DESF 3, dat op 28 mei van start gaat, zal de groep verder bouwen aan kennis en expertise rond digitale ecosystemen.
Ecosystemisch samenwerken bij Defensie
Hoewel samenwerken volgens de ecosysteem-gedachte aan bekendheid wint – getuige ook de volle zaal tijdens de Summit – is het voor sommigen nog een relatief nieuw begrip. Zo ook voor Olivier Sessink, CTO van JIVC, hét IT-bedrijf van Defensie. Hij leerde DEI-ceo en medeoprichter Bart van der Linden op 16 oktober kennen, waarna zijn leven naar eigen zeggen veranderde.
Sessink ziet ecosystemen als een oplossing voor betere relaties met leveranciers. Als je weet dat je met meerdere partijen kunt werken, kun je agile gaan werken en per sprint kijken welk bedrijf het meest geschikt is. Daarnaast benadrukt hij het belang van samenwerking binnen de overheid: “Ik denk dat de gezamenlijke belangen vaak veel groter zijn dan de verschillen.”
Olivier Sessink. Foto: Thijs Rooimans
Lessen uit de praktijk: Van energiesector tot zorgsystemen
Ook voor Wietske Huizenga, Enterprise Data Architect bij Eneco, is de ecosysteem-gedachte een relatief nieuw begrip. Toch blijkt ze er onbewust al wel langer mee te werken. Eneco is bijvoorbeeld al bijna een ecosysteem op zichzelf, met verschillende rollen in het handelen, distribueren en maken van energie.
Ondanks die brede blik van Eneco op de energieketen, is het bedrijf op veel gebieden ‘gewoon blind’ en heeft het beperkt inzicht, stelt Huizenga. “We hebben niet alle data om goede keuzes te kunnen maken. Inzicht en samenwerking in het ecosysteem is nodig om grote uitdagingen in de energiemarkt op te lossen.”
Dat de ecosysteem-gedachte wel werkt, heeft Huizenga al gezien bij de ontwikkeling van CumuluZ, waar zij bij betrokken was. CumuluZ is een platform dat zorgt dat de juiste gegevens op het juiste moment op de juiste plek voor de juiste mensen beschikbaar zijn, om goede, toegankelijke en betaalbare zorg mogelijk te maken. Dit is in feite ook een digitaal ecosysteem, waar zorgverleners en burgers data kunnen aanleveren aan een gefedereerd platform.
Uit dat ontwikkelproces heeft Huizenga belangrijke lessen meegenomen. Denk aan het belang van een coalition of the willing, een gemeenschappelijk doel, investeren in stakeholders, gebruik maken van wat er al is, flexibiliteit, bewijzen dat het kan werken op kleine schaal, en bovenal: draagvlak en vertrouwen.